
Denys van Hullelaan 30
2015 GN
Haarlem HOLLAND
023 – 524 10 28
06 – 10 66 73 84
info@marselje.nl
.
|
Daar woon je
Gitaarakkoorden
19 liedjes met
Haarlem en omgeving als onderwerp of achtergrond
klik hier voor algemene
informatie over deze CD
1.
Daar woon je
muziek en tekst: Paul Marselje, Haarlem_Paul Krugerstraat, 1973
BUMA/STEMRA
Voor
Jeanette
Als je
verliefd wordt op een Haarlemse wordt je dat ook op Haarlem
|
Em - 3/4
[Em] [Am] [Em] [Am]
refrein: Je [Em] weet dat ik graag
naar [Am] Haarlem ga
Want daar [Em] woon je [Am]
Je [Em] weet dat ik graag aan het [Am] Spaarne sta
Want daar [Em] woon je
1. Je [G] weet, dat ik graag
door [D] Haarlem dwaal
Al waait de [G] herfst al z'n oude [D] bomen kaal
Zelfs als [G] regen de dag ver[Em]grauwt
De donk're [Am] hemel je be[D]nauwt
Dan vind ik [G] Haarlem nog steeds [Am] mooi
Want daar woon [Em] jij-[Am]ij
[Em] [Am]
refrein: Je [Em] weet dat ik graag
naar [Am] Haarlem ga
Want daar [Em] woon je [Am]
Je [Em] weet dat ik graag aan het [Am] Spaarne sta
Want daar [Em] woon je
2. Ied're [G] dag in je stad vliegt [D] snel voorbij
In au[G]gustus, oktober, febru[D]ari of mei
Als jouw [G] poorten maar open [Em] gaan
Wat kan [Am] mij daar dan tegen [D] staan?
Dan vind ik [G] Haarlem nog steeds [Am] mooi
Want daar woon [Em] jij-[Am]ij
[Em] [Am]
refrein: Je [Em] weet dat ik graag
naar [Am] Haarlem ga
Want daar [Em] woon je [Am]
Je [Em] weet dat ik graag aan het [Am] Spaarne sta
Want daar [Em] woon je
3. Als we [G] samen lachen in een [D] bruin café
En de [G] tijd brengt nieuwe [D] vrienden mee
Dan ver[G]tel ik je honderd[Em]uit
Van 'er [Am] was eens' tot ’t be[D]sluit
Dan vind ik [G] Haarlem nog steeds [Am] mooi
Want daar woon [Em] jij-[Am]ij
Want daar woon [Em] jij
|
2.
M'n vader woonde toen in Heemstede
muziek en tekst: Paul Marselje, Haarlem-Ramplaankwartier,
3 mei 1992, 13.30u
BUMA/STEMRA
Eerste uitvoering in restaurant
Groenendaal te Heemstede 3-5-92, bij de vijf en zeventigste verjaardag van
de weduwe van Rappard
Mijn
vader groeide op in een dorp en kon daar veel en prachtig over vertellen.
|
D – 4/4
1. [D] M'n vader woonde
toen in [D7] Heemstede
en [G]
hij vertelt er[D]van
Hij [G]
is een oude [D] man
maar z'n [G]
ogen stralen [Em] da-[Em7-A]an
Een [A7] kleine [D] jongen dwaalt door [D7] Heemstede
een [G] dorp onder de [D] Hout
Hij [G] is er ooit ge[D]trouwd
M'n [G] vader is al [Em] ou-[Em7-A]oud
[A7]
refrein: Maar z’n ver[G]haal is
vol van [A] zonlicht
vol van [G] kleur en avon[D]tuur
En [G]
buiten is het [D] guur
Dus ik [G] luister graag naar [Em]
wat hij zegt
met de [Em7] zon in z’n ge[A-A7]zicht
2. M'n vader [D] woonde toen in [D7] Heemstede
Wat er [G] wachtte wist ie niet
van il[G]lusie
en verdriet
Dat [G] lag
nog in ’t verschiet
Hij speelde [D] rond het Wilhel[D7]minaplein
en bij [G] Haarlem in de [D] Hout
In de [G] Hout is het nu [D] koud
M'n [G] vader is al [Em] ou-[Em7-A]oud
[A7]
refrein: Maar z’n ver[G]haal is
vol van [A] zonlicht
vol van [G] kleur en avon[D]tuur
En [G]
buiten is het [D] guur
Dus ik [G]
luister graag naar [Em] wat hij zegt
met de [Em7] zon in z’n ge[A-A7]zicht
3. Ik ga soms [D] kijken
daar in [D7] Heemstede
maar z’n [G] dorp zie ik niet [D]
meer
al [G]
schijnt de zon er [D] weer
Ik [G] zie te
veel ver[Em]kee-[Em7-A]eer
[A7]
En rijen [D] buitenwijken
[D7] voor een stad
Het [G] plein is er nog
wel
maar [G] niet meer voor
een spel
Men [G] rijdt er [Em]
veel te [Em7-A] snel [A7]
refrein: Maar z’n ver[G]haal is
vol van [A] zonlicht
vol van [G] kleur en avon[D]tuur
En [G]
buiten is het [D] guur
Dus ik [G] luister graag naar [Em]
wat hij zegt
met de [Em7] zo-[A]on
op z’n ge[Dsus]zicht [D]
|
3.
De Spanjaard in Haarlem (Jerusalem)
muziek en tekst: Paul
Marselje, Haarlem-Ramplaankwartier 22 juni 1994
cursief
in couplet 1 en 2: S. Ampzing, ‘Beschrijvinge ende lof der Stad Haerlem’,
1628; cursief in couplet 4: Lennaert Nijgh, ‘Het
Spaarne’, 1972
BUMA/STEMRA
protestlied tegen de aanvankelijke
herontwikkelingsplannen voor het Enschedécomplex
(Appelaerterrein) aan de Haarlemse Damstraat
Voor de presentatie van
het boek 'Gebakken rat met Beukeblad' van Bies
van Ede in herberg 'De drie broden', aan het Spaarne in Haarlem. De herberg
bestaat niet meer onder die naam.
Eens belegerden de Spanjaarden Haarlem. Wat minder
lang geleden kwam de Spaans/Baskische architect Busquets
en bedreigde Haarlem opnieuw met onzinnige plannen voor de oude binnenstad.
Ik gaf er mijn wethouderschap voor
op. Maar al leek het beide keren op een overwinning voor de Spanjaard,
alles liep beide keren toch nog goed af, al was daar wat tijd en narigheid
voor nodig.
|
Em – 4/4
1. [Em] Gelyk men 's Spaerens
stroom
door
onze stad siet vlieten
So sag men 't Spaensche bloed
door onse stad vergieten
Bij de [Am] zeven molens daar
vlak buiten [Em] de Kathrijnenbrug
Buiten de [Am] Waterpoort aan ’t Spaarne
strekte [Em] Jerusalem de rug
Hij wenkte met z'n wieken schepen vol
met [B7]
eikenbast en graan
Hoog op [Em]
ronde stenen voet
torende [B7]
hij in ijd'le waan
Dat hij [Em]
tot aan het eind der
dagen zou bes[B7]taan
Maar de [Am] stormen kwamen, legers kwamen
[Em] Vuur hoog tot de zon
En [Em] Jerusalem verbrandde
[B7] door wie toch niet won [-]
2. [Em] Paerd,
hond, kat, rat en muys
was wild gebraet geheten
Mout, raep, hennipkoek
en wijngaerdblaen daer by
Ja, een [Am] gesouten huyd was spys en lecker[Em]ny
Zo ver[Am]ging het Haarlem lang geleden
[Em] bij het Spaans beleg
Buiten de [Am] Waterpoort aan ’t Spaarne
baande [Em] Freed'rick
zich een weg
Prins en [Em]
Spanjaard kwamen en
geen enk'le [B7] molen bleef er staan
En zo [Em]
handelt menig krijgsheer
zete[B7]lend in ijd'le
waan
Dat zijn [Em]
roem tot na zijn
einde blijft [B7]
bestaan
Maar [Am] stormen komen, legers komen
[Em] Vuur hoog tot de zon
Menig [Em] krijgsheer brandde
[B7] door wie toch niet won [-]
3. [Em] Ik zag de Spanjaard
weer naar Haarlem komen
En van een nieuw beleg
op onze schoonheid dromen
Hij keek er [Am] rond en droomde van een
nieuwbouw
[Em] in de oude stad
Van acht [Am] hoog, naast d' oude Baaf,
zo'n droom
had [Em] hij nog nooit gehad
Maar poorten [Em]
gingen los, men gaf hem
voor zijn [B7]
droom ruim baan
Hoog [Em] ivoor
torent de politiek
in [B7] meer
dan ijd'le waan
Dat zo de [Em]
roem tot na het
einde blijft be[B7]staan
Maar [Am] stormen komen, burgers komen
[Em] Vuur hoog tot de zon
Menig [Em] wethouder verbrandde
[B7] door wie toch niet won [-]
4. [Em] Gelyk
men 's Spaerens stroom
door onze stad siet vlieten
So sag
men 't Spaensche bloed
door onse stad vergieten
Bij de [Am] zeven molens
daar vlak
buiten [Em] de Kathrijnenbrug
Buiten de [Am] Waterpoort aan ’t Spaarne
strekte [Em] Jerusalem de rug
Weinig [Em]
molens nog aan ’t Spaarne
D’ Eenhoorn [B7]
en de Adriaan
Van 't ge[Em]maal
spreekt Lennaert Nijgh
mij
in zijn [B7]
woorden zwijgend aan
Dat het [Em] Spaarne tot het
einde blijft be[B7]staan:
Het [Am] Spaarne stroomt, het Spaarne
stroomt,
het Spaarne
stroomt voorbij
Ensche[Em]dé
en de taveerne
De Drie [B7] Broden (altern.
‘van de Goden’)
Slechts De
Drie [Em] Broden (alternatief:’
de Goden’)
kunnen mij naar
binnen [B7] noden
Het [Am]
Spaarne stroomt,
Voor[Em]bij
|
4.
Spaarndam, Spaarndam
muziek en tekst: Paul Marselje,
Haarlem-Ramplaankwartier, vrijdag 27 juni 1980, 14 u
BUMA/STEMRA
Spaarndam is een eeuwenoud dorpje, met schitterende
gezichten en talloze verhalen, zoals over die jongen, die met zijn vinger
in de dijk een overstroming zou hebben voorkomen.
In
1971 organiseerden wat Spaarndamse kunstenaars de eerste kunstmarkten op de
Spaarndamse Kolk. Ze vroegen zanger/liedjesschrijver Paul Marselje en
journalist Hans Invernizzi om voor de muziek te
zorgen. De kunstmarkten werden vanaf dat moment een traditie en dat gold
ook voor de muzikale bijdrage van Paul Marselje. In 1980 schreef hij daarom
een lied over het palingdorp. Nog steeds is het iedere zomer meerdere malen
op de kunstmarkten te horen. Er wordt dan vaak goed meegezongen.
Sinds
2008 wordt het liedje nog vaker gebruikt. Het honderdjarige Spaarndams Gemengd Koor benoemde Paul zijn schepping
tot lijflied en liet het vierstemmig arrangeren. Vanaf dat moment werd
ieder optreden er mee begonnen. Iedere Spaarndammer
hoort het uit zijn hoofd te kennen, stond er in het dorpsorgaan.
Maar ook buiten Spaarndam is het geliefd. Zo is er bijvoorbeeld de
Haarlemse scoutinggroep Vliegende Pijl, waarvan de 'stam' het gebruikt als
onderlinge ringtone op mobiele telefoons. Paul Marselje werd het meest
verrast toen uit Angers (de jumelagestad van Haarlem in Frankrijk) enkele
bewoners bij hem langskwamen en het lied in het Nederlands aanhieven. Na
afloop lieten zij de voor hen fonetisch uitgeschreven tekst zien, waarin
een Nederlander geen Nederlands zou hebben herkend...
|
D – 4/4
refrein: [-]
Spaarndam, Spaarn[D]dam
Vier sluizen en wat huizen
Tussen Spaarne en het [A] IJ [-]
Spaarndam, Spaarn[D]dam
Tussen heden en verleden
't Is wel oud, maar niet voor[A]bij[A7]
Als je [D7] wandelt
tussen [G] Oost en West
En [Em] slentert langs de
[D] dijk
Als je [D7] bij de Kolk
je [G] dorst weer lest
Dan [Em]staat veel moois
te [A] kijk [-]
Spaarndam, Spaarn[D]da-[D7]am
Tussen [G] Spaarne [A] en het [D] IJ
1. Of het bij Haarlem
of bij [G] Halfweg hoort
't Zal me [Em] mooi een zorg [D]
zijn
Als ik maar aan de Westkolk [G] zingen kan
Voel [Em] ik
geen centje [A] pijn
De [D] huizen kijken [D7] zwijgend neer
Op de mu[G]ziektent en ’t caf[D]é
Zo[D7]lang ik er van [G] zingen [Em] kan
Voel [Em7] ik me [A] best te[D]vree [-] +refrein:
2. Hans Brinkers had nooit
zilv'ren [G]
schaatsen aan
Hij heeft ook [Em] nooit een vloed ge[D]keerd
Met slechts één vinger in een [G] zwakke dijk
Zo[Em]als vaak
wordt be[A]weerd
maar ook al [D] is het
maar een [D7] sprookje
Ik deel het [G] aan een
ieder [D] mee
Zo[D7]lang ik er van [G] zingen [Em] kan
Voel [Em7] ik me [A] best te[D]vree [-]
refrein: [-]
Spaarndam, Spaarn[D]dam
Vier sluizen en wat huizen
Tussen Spaarne en het [A] IJ [-]
Spaarndam, Spaarn[D]dam
Tussen heden en verleden
't Is wel oud, maar niet voor[A]bij[A7]
Als je [D7] wandelt
tussen [G] Oost en West
En [Em] slentert langs de
[D] dijk
Als je [D7] bij de Kolk
je [G] dorst weer lest
Dan [Em]staat veel moois
te [A] kijk [-]
Spaarndam, Spaarn[D]da-[D7]am
Tussen [G] Spaarne [A] en het [Dsus] IJ-[Dsus2]ij -[D]
|
5.
Lofzang van een waanzinnige Haarlemmer (Wat is Haarlem mooi)
Muziek en tekst: Paul Marselje
BUMA-STEMRA
Geschreven voor de Haarlemse
D66-gemeenteraadscampagne van 1982
Als
er onzinnige plannen worden gelanceerd kan je wel eens wat cynisch en
ironisch reageren.
|
G – capo 4e positie (B) – 4/4
1. [G] Als ik door de Grote [Em] Houtstraat loop
en ik [C]
zie het sierpla[D]veisel
Vol met [G] kauwgum, friet en [Em]
and’re troep
En ik [C]
kijk 's naar de [D] gevels
Naar de [Em] posters,
stickers, spuitbuskunst
en naar [Am] plastic monu[D]menten
Dan [Em] schreeuw ik, vol
ver[Am]voering uit:
Wat kan een [C] mens nog
verder [D] wensen? [-]
refrein: [-]
Wat is Haarlem [G] mooi
wat is Haarlem [Em] schoon
Wat een [C] stad om in te [D]
leven!
Wat een para[G]dijs, waar ik werken [Em] mag
'k Zou het [C] nooit weg willen [D]
geven!
2. Als ik [G] langs de binnen[Em]duinrand
rij
En ik [C]
zie die ouwe [D] gronden
En‘k ver[G]beeld
me dat daar [Em] huizen staan
Die ik in [C] plannen heb ge[D]vonden
Geen [Em]uitzicht op die
Bavo meer
en ver[Am]geet de recre[D]atie
Geef [Em] mij maar weer een [Am]
nieuwbouwwijk
Zonder [C] interval of [D] spacie [-]
refrein: [-]
Wat is Haarlem [G] mooi
wat is Haarlem [Em] schoon
Wat een [C] stad om in te [D]
leven!
Wat een para[G]dijs, waar ik werken [Em] mag
'k Zou het [C] nooit weg willen [D]
geven!
3. [G] Als ik
straks ooit [Em] stadwaarts keer
en ik [C]
zie die ouwe [D]Bavo
weer eens [G] ingepakt in [Em]
steigers
Dan zal ik [C] denken: Dat gaat [D]
fijn zo
Wordt ie [Em] eind'lijk afgebroken?
Meer par[Am]keerplaats
voor m'n [D] wagen!
Dan [Em] schreeuw ik vol
ver[Am]voering uit:
De over[C]winning, die
gaat [D] dagen! [-]
refrein: [-]
Wat is Haarlem [G] mooi
wat is Haarlem [Em] schoon
Wat een [C] stad om in te [D]
leven!
Wat een para[G]dijs, waar ik werken [Em] mag
'k Zou het [C] nooit weg willen [D]
geven!
Nooit weg
willen [G] geven! [Em] [C] [G]
|
6. Yvonne’s Song
Words: Aidan Sharkey 24-5-1998;
music: Paul Marselje
7-11-99
BUMS/STEMRA
Yvonne
Koldewijn was een echte Haarlemse, die jarenlang
literaire initiatieven van de grond trok in de Spaarnestad. Ze kreeg er de
legpenning van de gemeente voor. Haar echtgenoot Aidan
Sharkey en Paul Marselje schreven Yvonne’s Song toen ze wisten dat Yvonne ging
overlijden. Bij een grote literaire manifestatie ter ere
van het 25-jarig bestaan van Yvonne’s Literaire
Instuif Haarlem in 1999 en later bij haar crematie zong Paul het voor haar.
Het is geen triest lied, maar een breekbare ode aan een grote liefde.
|
C>D>E-finger
placing – capo position minus 2 (Ais>C>D) - ¾
1. [C] Yvonne, Yvonne
her [G] name is a [C]
song [C7]
It [F] floats from my [G]
lips
And [G7] sings on the [C]
wind [C7]
It [F] shivers and [G]
shimmers
Like [C] sun on the [F] sea
And [C] puts very [F] simply
She’s [G] all things to [C]
me
2. I love her, I like her
my [G] lover, my [C]
friend [C7]
our [F] love is a [G]
walk
on a [G7] road with no [C]
end [C7]
she’s [F] flowers, she’s [G]
starlight
she’s [C] spring in the [F]
air
and [C]
without her I [F] know
life’s [G] not really [C]
there [A]
modulate
to D via [A]
3. Y[D]vonne,
Yvonne
[A] moonbeams at [D] night [D7]
Y[G]vonne,
Y[A]vonne
[A7] Darkness to [D] light [D7]
[F] Blackbirds at [A] dusk
[D] Sunrise at [G] dawn
[D] That is the [G] sight and
The [A] sound of Y[D]vonne
Instrumental verse, and then via
[B] modulate to E
4. [B] Y[E]vonne,
Yvonne
her [B7] name
is a [E] song [E7]
It [A] floats from my [B]
lips
And [B7] sings on the [E]
wind [E7]
It [A] shivers and [B]
shimmers
Like [E] sun on the [A] sea
And [E] puts very [A] simply
She’s [B7] all things [-] to [E]
me
|
7.
Kleverpark
muziek en tekst: Paul Marselje,
Haarlem-Ramplaankwartier, 9 maart 1987
BUMA/STEMRA
Voor bevriende leden van de
Winkeliersvereniging Kleverpark
Veel steden kennen zo’n ideaal wijkje,
dommelend vlak buiten de oude binnenstad.
|
G modulerend naar A – capo 1e
positie (Gis) – 4/4
1. [G] Soms woon je er je hele [G7] leven lang
Zonder te [C]zeuren, zonder zucht
Zonder te [G]dichten op z'n schoonheid
Zo'n oude [D]buurt zonder ge[D7]rucht
't Is er niet [G]groot,
niet klein, maar [G7]groot genoeg
't Is er niet [C]nieuw,
ook niet echt oud
Maar als j' er [G] woont
dan wil je weten
Dat je [D] van je buurtje
[D7]houdt
Refrein 1: Klever[G]park, buiten het
[G7]Bolwerk (buiten het
Bolwerk)
Klever[C]park,
vergeten wijk (vergeten wijk)
Zonder sen[G]satie, maar met gratie (zonder
sensatie)
Zonder veel [D] rijkdom en toch [D7]rijk
Het Heilig [G] Hart waakt
er ver[G7]borgen (het Heilig
Hart)
Over de [C] Deo en het park
En [G] nooit laten zij
het [C] zakken
Hun [D] Kle[D7]ver[G]park
2. Eens Schoter[G]veen,
Zuid Aken[G7]dam genoemd
Een vage [C] polder zonder meer
Kwam er een [G] architect voor tuinen
en plantte [D] er wat huizen [D7]
neer
Het wijde [G] plein,
bedoeld als [G7] trambaan
eens
Ligt er wat [C] overbodig
bij
Ach, stel de [G] vraag:
Moet alles nuttig zijn?
Nou dat [D] hoeft echt niet van [D7] mij +refrein 1
Modulatie naar A
3. [E] [E7] Had u ge[A]zegd
dat ik ooit [A7] zingen zou
Over een [D] buurt als 't Kleverpark
Dan had [A] ik m'n schouders opgehaald
Waarom dan [E] wel het Klever[E7]park
?
Tweeduizend [A] huizen en
een [A7] ziekenhuis
Twee kerken [D] en een
winkelstraat
Maar als j' er [A] woont,
dan wil je weten
Waar het [E] jou vooral
om [E7] gaat
Refrein 2: Klever[G]park, buiten het
[G7]Bolwerk (buiten het
Bolwerk)
Klever[C]park,
vergeten wijk (vergeten wijk)
Zonder sen[G]satie, maar met gratie (zonder
sensatie)
Zonder veel [D] rijkdom en toch [D7]rijk
Het Heilig [G] Hart waakt
er ver[G7]borgen (het Heilig
Hart)
Over de [C] Deo en het
park (over de Deo)
En [A] nooit laten zij
het [D] zakken (Kleverpark)
Nee, [A] nooit laten zij het [D] zakken (Kleverpark)
Hun [A]Kle[E]ver[D]park [A] (Kleverpark)
|
8. Bloemendaal
muziek en tekst: Paul Marselje,
Haarlem-Ramplaankwartier, maart 1989
BUMA/STEMRA
Voor
het tweede lustrum van de plaatselijke politieke partij Progressief
Bloemendaal
Weinig
problemen daar in Bloemendaal (volgens sommigen).
|
C – capo 2e positie (D) - 3/4
refrein: De [C]
hoogste duinen, de hoogste zee
De [G]
ho-ho-ho-[G7]ho-hoogste [C] lonen
O,
Bloemendaal, ik wil [Am] in je
wonen
O, [G]
Bloemendaal, [G7] ih-hik doe [C]
mee
1. In [C]
heel het land valt de zure regen
De [G] ganse [G7] natie krijgt [C]
zo z’n zegen
Als dank
voor 't tuffen langs 's-heren wegen
Ho[G] sanna
voor ’t [G7] benzine[C]vee
Maar in [B7] Bloemendaal
- 't mag een [Em] wonder [Em] heten -
Daar [A] valt het, daar [A7]
valt het
slechts [D] mee (volgens [G7]
sommigen...) [-] +refrein
2. In [C] heel het land moet
men driftig waken
Om [G] niet van de [G7] wal in de [C] sloot
te raken
Om niet
van schoonheid slechts steen te maken
Gaat [G] niet ieder [G7] bouwplan er [C]
door
Maar in [B7] Bloemendaal
- 't mag een [Em] wonder [Em] heten -
Daar [A] komt dat di[A7]lemma
niet [D] voor (volgens [G7]
sommigen...) [-] +refrein
3. In [C]
heel het land moet je steeds weer zorgen
Dat [G] inspraak [G7] niet weer wordt [C]
opgeborgen
Dat
ieder mag meedenken over morgen
Want [G] anders dan [G7] gaan ze hun [C]
gang
Maar in [B7] Bloemendaal
- 't mag een [Em] wonder [Em] heten -
Daar [A] is niemand, [A7]
niemand
echt [D] bang
(volgens [G7] sommigen...) [-] +refrein 2x
4. O, [C] Bloemendaal, ik heb
veel gezongen
In [G] heel het [G7] land sprong het [C]
uit mijn longen
En omdat
vruchtbaarheid leidt tot jongen
Zong [G] in heel het [G7] land ieder [C]
mee
Zelfs in [B7] Bloemendaal
- 't mag een [Em] wonder [Em] heten -
Daar [A] zong men, daar [A7]
zong men
ge[D]dwee (zongen [G7] sommigen...) [-]
refrein: De [C] hoogste duinen, de hoogste zee
De [G] ho-ho-ho-[G7]ho-hoogste [C]
lonen
O,
Bloemendaal, ik wil [Am] in je
wonen
O, [G] Bloemendaal, [G7] ih-hik
doe [F] mee–[C]ee
|
9.
Noordwijk aan Zee
muziek en tekst: Paul Marselje, Haarlem,
30 juni 1972
BUMA/STEMRA
voor Anja Scheuer
Ze
betoverde mij, maar had daarmee andere bedoelingen dan ik, daar op het
strand van Noordwijk aan Zee
|
C>D>E - capo 4e positie
(E>Fis>Gis) – ¾
1. [C] Noordwijk aan [C7] Zee
zag me [F] komen en gaan
Op m'n [G] fietsje verdwaald
bleef ik [C] daar even staan
Het [C] was warm die [C7] avond
je [F] zag er geen meeuw
Ze [Dm] was daar; ze [G] lachte
en ik [F] ben [G] niet van [C] sneeuw
2. Ze ging [C] mee door de [C7] duinen
je [F]
zag ook geen mens
Het [G]
strand was verlaten
ze had, [C] zei ze, een wens
Ze [C] wilde wat [C7] praten....
en zo [F] zaten we daar
Zij [Dm] wachtte op het [G] duister
en ik [F] wacht[G]te op [C] haar
modulatie naar D
3. Een [D] vuurtoren [D7] wenkte
we zijn [G]verder gegaan
Er was [A] ergens muziek
en dat [D] stond ons wel aan
Een [D7] kampvuur
verwarmde
de [G] avond ver[Em]dween
Het werd [A] kouder, maar
ik [A7] was
God zij [G]dank, [A] niet al[D]leen
4. Ik [D] wilde haar [D7] zoenen
ze zei: [G] later als jij
Nog [A]
zingt, en be[A7]roemd wordt
dan [D]
denk je aan mij
En [D7] dan kan ik zeggen
die jongen [G] nam me
eens [Em] mee
Zo [A] maakte ze zelf een
[A7] einde
aan die [G] av[A]ond aan
[D] zee
modulatie naar E
5. Ze [E] heeft nu haar [E7] zin
ik denk nog [A] wel eens aan haar
En dan [B7] zing ik dit lied
waarin ik [E] Anja bewaar
Be[E7]roemd
werd ik niet echt
daar alleen [A] zit ze
nog [Am] mee [-]
Dus [B7] werd dit nooit
een hit
dit lied uit [A] Noord[B7]wijk aan
[A] Zee-[Am]ee-[E]ee
|
10.
Schoten zal steeds Schoten heten
Tekst
en muziek: Paul Marselje, 2 juli 2005
BUMA
/ STEMRA
naar aanleiding
van de onthulling van het Schoten-naambord bij de randweg langs de Jan
Gijzenvaart op 2 juli 2005 door Haarlems burgemeester Jaap Pop.
In
1927 veranderde het dorpje Schoten in de buitenwijk Haarlem-noord. Of toch
niet? Ik groeide er op en ik vind het prachtig dat Haarlem-noord
tegenwoordig weer Schoten heet. Gun mensen alsjeblieft een eigen identiteit
binnen het grote anonieme geheel.,
|
C – capo
2e positie (D) – 4/4
1.
Ik [C] ben er - ooit eens groot ge[Am]worden
Ik [Dm]
heb er vroeger ge[G]speeld
Ik [C]
stookte - vuren langs het [Am] Spaarne
Ik [Dm]
heb er [F] dromen ge[G]deeld
[Am] Schoten was mijn [Dm] cluppie
Al [G] raakte ik geen [C]
bal
Maar het [C] was -
Schoten waar ik [Am] woonde
Dat [Dm] telt toch [F]
boven[G]al?
refrein
(2x, tweede maal samen):
Schoten [C]
zal steeds Schoten [Am] heten
Tussen [C]
Delft en Spaarne
[F]
Stad en Slaper[G]dijk
Schoten [C] zal steeds
Schoten [Am] heten
Wat [Dm] Haarlem ook
mag [F] willen
[G] Schoten is mijn [C]
wijk
2.
In ‘t [C] zuiden - dommelt groen het [Am] Bolwerk
In ’t [Dm]
noorden ligt de Slaper[G]dijk
Zo [C]
tussen - Randweg en het [Am] Spaarne
Ligt [Dm]
Schoten [F] dromend te [G] kijk
De ka[Am]zerne werd een [Dm] woonwijk
En ‘t [G]
klooster werd een [C] buurt
Ook al [C]
wordt - Schoten niet meer [Am] langer
Uit [Dm] heerlijk[F]heid be[G]stuurd:
refrein
(samen):
Schoten [C]
zal steeds Schoten [Am] heten
Tussen [C]
Delft en Spaarne
[F]
Stad en Slaper[G]dijk
Schoten [C] zal steeds
Schoten [Am] heten
Wat [Dm] Haarlem ook
mag [F] willen
[G] Schoten is mijn [C]
wijk
3.
De [C] dorpse - rust is er ver[Am]dwenen
Maar [Dm]
toch geniet ik er [G] zeer
Van ‘t [C]
Schoter - Rechthuis en te [Am] Zaanen
En ’t [Dm]
Huis ter [F] Kleef ied’re [G] keer
Waar[Am]om wil ik er [Dm]
wonen?
Waar[G]om ben ik er [C]
thuis?
Dat [C] kan mij - echt
niet zoveel [Am] schelen
Ik [Dm] vind er [F]
graag m’n [G] huis
refrein
(2x samen):
Schoten [C]
zal steeds Schoten [Am] heten
Tussen [C]
Delft en Spaarne
[F]
Stad en Slaper[G]dijk
Schoten [C] zal steeds
Schoten [Am] heten
Wat [Dm] Haarlem ook
mag [F] willen
[G] Schoten is mijn [C]
wijk
|
11. An Irishman In Haarlem
music:
Paul Marselje, Haarlem (The Netherlands)
July 1993
words: Aidan Sharkey, Haarlem
(The Netherlands) July 1993
BUMA/STEMRA
Hoe
voelt iemand zich als hij vanuit zijn vertrouwde Ierland in Haarlem komt
wonen? Nou, gewoon welkom dus!
|
G
modulating to A – capo 2nd position (A>B) - waltz
spoken: I [G]
came as a stranger to [G7] Haarlem
but I [C]
wasn't a stranger for [G] long, for the
[C]
people of Haarlem [G] opened their hearts
So [D]
now I will sing them this [G] song
sung: 1. It's true that I miss the [G7]
mountains
and
the [C] waves, that crash on the [G] shore
and
the [C] plaintive cry in a [G] cloud filled sky
of a
raven 'bove rocky [D] Gweedore
It's [G]
true that I miss the [G7] river
that [C]
races it's way to the [G] sea, as it
[C]
tumbles and falls and [G] rushes and calls
on it's journey to the [D] broad estua[G]ry
and
the [C] Spaarne it doesn't [G] race
like
the [C] rivers in far Done[G]gal
but [C]
moves so slow with a [G] genteel flow
that
looks like no
movement at [D] all
but [C]
moves so slow with a [G] genteel flow
that looks like
no [D] movement at [G] all
2. But
here I am - in [G7] Haarlem town
and [C]
don't feel my loss so [G] strong
My [C]
tears have dried for the [G] people tried
to
make me happy - amid
their [D] throng
They [G] like to sit in a
[G7] bar
and [D] drink and ta-alk and [G]
sing. They
[C] raise good cheer with [G]
good Dutch beer
for they know: - [D] l'ving is
the [G] thing
And when [C] I walk these cobbled [G]
streets
it's like [C] being ba-ack
in [G] time, for
[C] they built a
past, that [G] was made to last
and these streets now feel like [D] mine, for
they [C] built a past, that [G] was made to last
and these streets
now [D] feel like [G] mine [E]
modulate
to A via [E]
3. So [A]
thanks for being [A7] kind to a stranger
who [D]
came here from over the [A] sea
and [D]
not at all sure, if [A] I could endure
a
place that seemed foreign
to [E] me, but
the [A]
people of Haarlem [A7] opened their hearts
so [D] I
feel a stranger no [A] more. They
[D] gave
to my soul an en[A]tirely
new role, on
their welcoming, [E]
friendly Dutch [A] shore
4. I [D] came as a stranger to [A]
Haarlem
but I [D]
wasn't a stranger for [A] long
for
the [D] people of Haarlem [A] opened their hearts
So
that's why I've sung them this [E] song
for
the [D] people of Haarlem [A] opened their hearts
And
that's why I've [E] sung them this [A] song
|
12.
Ramplaankwartier
muziek en tekst: Paul Marselje, 15 mei 1992, 12 uur
BUMA/STEMRA
Voor de opening van de aanbouw van de
Haarlemse Beatrixschool op 15 mei 1992
Ik woon er nu al dertig jaar, dicht bij
de duinen en dicht bij de oude binnenstad.
Een
beetje dorp en een beetje stad. Wat kan een mens nog verder wensen?
|
D - 4/4
1. [D] In de schaduw van de duinen
ligt het
[D/Db] dorp er tussen [D7]tuinen
tussen [G] Blinkert
[Em] en de [A] stad [A7]
't Lijkt of [D] er niets zal verdwijnen
of de [D/Db] rust er niet zal [D7]
kwijnen
of de [G] tijd [Em] dit [Em7] dorp ver[A]gat [A7]
Ramp[G]laankwartier, Ramp[A]laankwartier
er [D]was hier een moe[G]ras
en [Em] later bleekte [A] linnen hier
en [G] maakte adel [A] goede sier
't [G] blijft nooit [Em] [Em7] als het [A] was
[A7]
refrein: Maar [G] wie
er komt en [A]wie er gaat
zo[D]lang als je be[G]staat
he[Em]ten ze Bijvoet, [A]Groenendijk
blij[G]ven we nog steeds [A]
Thoolen rijk
Het [G]wijzigt [Em] mond[Em7] jesmaa-[A]aat[A7]
2. In de [D] schaduw van de duinen
zie je [D/Db] langzaamaan de [D7] tuinen
opgaan [G] in [Em] de grote [A]
stad [A7]
huizen [D] kwamen, nieuwe mensen
nieuwe [D/Db] namen, nieuwe [D7]
wensen
ik ver[G]gat [Em] het [Em7] dorp zo[A]wat [A7]
Ramp[G]laankwartier, Ramp[A]laankwartier
men [D] bouwde er een [G] school
maar [Em] wel net als een [A] boerderij
een [G] hooischuur kwam er [A] ook nog bij
als een [G] ver [Em] ver[Em7] vreemd sym[A]bool [A7]
+refrein
3. In de [D] schaduw van de duinen
zie ‘k
twee [D/Db] Bavo's boven [D7] tuinen
bakens [G] van [Em] de [Em7] grote [A] stad [A7]
Is het [D] dorp een wijk geworden
onder[D/Db]deel van stenen [D7]
horden
Heeft het [G] dorp [Em] z'n [Em7] tijd
ge[A]had? [A7]
Ramp[G]laankwartier, Ramp[A]laankwartier
de [D] stad gaat er naar [G] school
Maar [Em] wel als naar een [A] boerderij
de [G] hooischuur kwam er [A] ook nog bij
als een [G] ver [Em] ver[Em7]vreemd sym[A]bool [A7]
+refrein
in een [G]trage regel[A]maat
nog [G]dorp van straat tot [A]straat
met de [G]zon [A] op het ge[Dsus]laat.... [D]
|
13.
Het anti-wethouderslied
muziek
en tekst: Paul Marselje, Haarlem‑Ramplaankwartier, 1 januari 1991
BUMA/STEMRA
Gastbijdrage als wethouder in het nieuwjaarscabaret
sector Gemeentewerken Haarlem 1991
Als
wethouder van Haarlem zag ik de ambtenaren binnenkomen met hun plannen en
dromen, waar weken over gedacht was. Ik was het er niet altijd mee eens,
keurde ze dan af en kon me voorstellen dat ik op zo’n moment dan wel eens
gehaat werd. Dat is van alle tijden en alle gemeenten. Misschien biedt dit
lied wat troost aan trieste en teleurgestelde ambtenaren en burgers.
|
G –
capo 2e positie (A) – 4/4
1. Als [G] ambtenaar heb je
wat af te [C] klagen
Maar [D7]
toch: Het overdrijven moet je [G]
niet
Je hebt immers een [Em] baan,
En laat de [C] burgers in de [Am]
waan
Dat het
voor [A] hèn
is wat je [A7] uit je koker [D] giet [D7]
Al drie [G] jaar zit u te wachten op een [C] antwoord
Als ‘t aan [D] mij lag, kreeg u [D7]
hartstikke [G] gelijk
Maar het ligt nog in de [Em] kast,
van zo'n [C] arrogante [Am]
kwast
Bij zo'n
[A] wethouder bent [A7] u het aardse [D] slijk [D7]
refr: Zonder [G] wethouders werd
het pas vrolijk [C] leven
Zonder [D] wethouders, daar kan je van op [G] aan
Werd het leven [Em] grandioos,
Open[C]baring,
zorge[Am]loos
Zonder [G] wethouders zou [D]
alles beter [G] gaan
[D] [G]
[-]
2. O, als [G] ambtenaar
maak je de mooiste [C] plannen
Weken [D7]
zweten op die ene gouden [G]
greep
Naar de Grote Markt er[Em]mee,
Voor een pa[C]raaf bij je i[Am]dee
Maar
door je [A] plannetje zet [A7] hij een grote [D] streep[D7]
refrein:
Zonder [G]wethouders werd het pas vrolijk [C] leven
Zonder [D]wethouders, daar kan je van op [G] aan
Werd het leven [Em] grandioos,
Open[C]baring,
zorge[Am]loos
Zonder [G] wethouders zou [D]
alles beter [G] gaan
[D] [G]
[-]
3. Kijk daar [G] staat hij
het applaus weer op te [C] vangen
Ach, hij [D7] weet toch vaak niet eens waar ‘t om [G] draait
Je schrijft z'n [Em] teksten ied're keer
Herstelt z'n [C] fouten telkens [Am]
weer
Hij
haalt de [A] krant en [A7] jij voelt je ge[D]naaid [D7]
refrein:
Zonder [G] wethouders werd het pas vrolijk [C]leven
Zonder [D] wethouders, daar kan je van op [G]aan
Werd het leven [Em]grandioos,
Open[C]baring,
zorge[Am]loos
Zonder [G] wethouders zou [D] alles
beter [G]gaan [D][G]
|
14.
Je bent wel veranderd, Amsterdam
muziek en tekst: Paul
Marselje, Haarlem-Indischestraat, zondag 11
augustus 1974
BUMA/STEMRA
geschreven
als inzending voor de liedjescompetitie bij het vermeende 700-jarig bestaan
van de stad Amsterdam in 1975 (in werkelijkheid was dat niet in 1975, maar
was dat pas in 2003).
Het
liedje viel niet in de prijzen
Amsterdam
verandert voortdurend, maar blijft vreemd genoeg toch altijd zichzelf.
|
C – couplet 4/4; refrein walsje
1. [C]Amsterdam, je bent niet meer
bark en [C7]klippers in de haven
Amster[F]dam, je ziet nooit meer
koet[Dm/Db]siers met apies
draven
En [C]nergens in de stad
zie je nog baaie[C7]rokken
Ver [F]in de Bijlmer woont
de Jor[Dm/Db]daan in grijze [G]blokken
Amster[C]dam, is er nog vuur
in wat [C7] mensen van je
zingen
Je [F]charme lijkt begraven
in wat [Dm/Db]bleef: herinneringen
En [C]ergens is één zaak
waar [C7]je nog zuur kan kopen
Wan[F]neer kan iemand rustig
nog [Dm/Db]langs je grachten [G]lopen? [-]
refrein: Maar dan op[C]eens staat [Am]er zo'n piere[C7]ment
aan 't [F]einde van een [Dm/Db]steeg
en [C]Mokums hart, dat [G]zingt
als[C]of het nimmer [G]zweeg [-]
En dan op[C]eens in [Am]weer zo 'n bruin ca[C7]fé
zingt [F]heel de volle[Dm/Db]zaak
een [G]Mokums deuntje [G7]mee
Je bent wel ver[C]anderd, Amster[C7]dam
Het maakt me niet [F]uit waardoor het [G]kwam
Toch bleef je gein en schuimend bier
een haring met [G7]uien, ros' vertier
Amster[C]da-[F]am, Amster[C]dam [G] [-]
2. Amster[C]dam, je werd een stad
vol met [C7] plastic warenhuizen
Je kreeg [F] asfalt op je straat
en [Dm/Db] afval in je sluizen
Voor [C]hoogbouw van beton
brak men je oude [C7] botten
En [F] wat nog overbleef
dreigt nu [Dm/Db]langzaam te ver[G]krotten
Amster[C]dam, en wat je hoort
Van 't [C7] Spui tot aan de
haven
is [F] Engels, Frans,
Japans of Duits,
steeds [Dm/Db] meer zie je er
draven
met [C] lenzen op hun buik
en [C7] munten in hun
handen
Als [F] dat maar zo blijft
doorgaan
zal [Dm/Db] geld je nog verbranden
[-]
refrein: Maar dan op[C]eens staat [Am]er zo'n piere[C7]ment
aan 't [F]einde van een [Dm/Db]steeg
en [C]Mokums hart, dat [G]zingt
als[C]of het nimmer [G]zweeg [-]
En dan op[C]eens in [Am]weer zo 'n bruin ca[C7]fé
zingt [F]heel de volle[Dm/Db]zaak
een [G]Mokums deuntje [G7]mee
2x: Je bent wel ver[C]anderd, Amster[C7]dam
Het maakt me niet [F]uit waardoor het [G]kwam
Toch bleef je gein en schuimend bier
een haring met [G7]uien, ros' vertier
Amster[C]da-[F]am, Amster[C]dam
|
15. Het
Westelijk Tuinbouwgebied-lied
Tekst
en muziek. Paul Marselje, Haarlem-Ramplaankwartier 5 maart 2005-03-05, 14
uur
BUMA/STEMRA
Voor de
opening van de tentoonstelling in het ABC Architectuurcentrum Haarlem
(Groot-Heiligland 47) over het Westelijk Tuinbouwgebied zaterdag 5 maart
2005, 15 uur
Haarlemmers
hebben in de stad niet veel groen, dus moeten ze zuinig zijn op de groene
randen van de stad. Eén ervan is het Westelijk Tuinbouwgebied, vlak buiten
het dichtbebouwde Haarlem-west. Ik heb voor het behoud ervan met succes
gestreden. Maar de dreiging blijft. Ik ook.
|
C – capo 4e positie (E) - 4/4
refrein:
Het Westelijk Tuinbouwge[C]bied-lied
Wie [Am] zingt het niet
Wie [F] kan zich nog be[G]dwingen?
Het
Westelijk Tuinbouwge[C]bied-lied
Waar [Am] je geniet
Wie [F] wil daarvan niet [G] zing[C]en?
1.
Geef [Am] mij terug de glorietijd
Van [Dm]
tuindersvlijt en boten vol
Met [F] groenten naar een veiling
Waar [D7] aan de tijd voor[G]bijging
On[Am]der de hoge bruggen door
Zong [Dm] men in koor
de glorie van
De [F] bollen en de groentetuin
Zo [D7] vlak onder de [G]
duinenkruin
+
refrein
2.
Maar [Am] er is meer dan
tuinderij
En [Dm]
ik wordt blij van wat ik vind
Het [F] schoonste water van de stad
Je [D7] raadt het al; waar [G] vindt je dat
Een [Am] open tuin tegen het duin
Een [Dm] groot
fortuin, bescherm het maar
Voor [F] stedeling en de natuur
Al [D7] is de prijs ook [G]
nog zo duur
+
refrein
3.
Maar [Am] soms klinkt er een and’re deun
Een [Dm]
echte dreun vol heipalen
En [F] plannen vol van stenen
Dat [D7] doet Haarlemmers [G] wenen
Ze [Am] dwalen door de Leidsebuurt
Waar [Dm] dichtheid
schuurt in rijen
Ze [F] vinden er geen park of groen
Waar [D7] moet je ‘t dan [G]
wel mee doen?
+
refrein
4.
Een [Am] weer een ander zingt de
lof
ver[Dm] dient graag grof aan
grondverkoop
Dat [F] mag hij dan graag willen
Maar [D7] mij doet zoiets [G] rillen
Zijn [Am] plannen lijken wonderschoon
Vol [Dm] groenvertoon
en waterpracht
Maar [F] steun van ons dat komt er nooit
Waar[D7]mee hij ook zijn [G]
plannen tooit
+
refrein 2x
|
16. De Ballade
van Lange Jaap
muziek
en tekst: Paul Marselje, 16 januari 2005
BUMA
/ STEMRA
Voor
het 10-jarig ambtsjubileum van de Haarlemse burgemeester Jaap Pop,
gepubliceerd in de weekendbijlage van Haarlems Dagblad 19 januari 2005
Het
is een bijzondere man, die burgemeester Jaap
|
G – 4/4
1.
Laatst [G] liep ik door de [D] Spaarnestad
Daar [C] heb ik veel ple[D]zier gehad
Maar [G] soms ook wel ge[Em]leden
Ik [G] zag zoveel dat [D]
anders was
En [C] soms vertraagde [D]
ik m’n pas
Als [G] ik keek naar het [Em]
heden
refrein:
Maar ge[G]lukkig
zag ik Jaap [D] Pop er weer
Hij [C] ging met z’n camera [D] flink te keer
Be[G]stuurder
zonder [D] kiezersmandaat
Die [D7] hier toch graag zijn [G] sporen laat
2.
Nooit [G] zat je aan de [D] and’re
kant
Je [C] reisde door het [D] hele land
Al[G]leen als burger[Em]vader
Jaap, [G] laat je toch eens [D]
kiezen, man
Want [C] als een echt ge[D]kozene dan
Kom [G] je de burger [Em]
nader
refrein:
En ge[G]lukkig
zie ik Jaap [D] Pop steeds weer
Hij [C] gaat met z’n camera [D] flink te keer
Be[G]stuurder
zonder [D] kiezersmandaat
Die [D7] hier toch graag zijn [G] sporen laat
3.
Men [G] noemt je wel eens [D] ‘Lange Jaap’
En [C] waar ik mij soms [D] aan vergaap
Zijn [G] inderdaad je [Em] tenen
Een [G] vulpennenver[D]zamelaar
Be[C]halve in de [D]
raad want daar
Doen [G] Vulpennen je [Em]
wenen
refrein:
Maar ge[G]lukkig
zie ik Jaap [D] Pop steeds weer
Hij [C] gaat met z’n camera [D] flink te keer
Be[G]stuurder
zonder [D] kiezersmandaat
Die [D7] hier toch graag zijn [G] sporen laat
4.
Straks [G] valt het doek, je [D] werk voorbij
De [C] ene treurt, de [D] ander blij
Maar [G] wat zijn jouw ge[Em]dachten?
Dat [G] bleef mij bij toen [D]
ik daar ging
Is [C] wat jij blijft her[D]innering
Wat [G] mag ik straks ver[Em]wachten?
refrein:
Of [G] zie ik in Haarlem Jaap
[D] Pop straks weer
Ga [C] jij dan met je camera [D] nog te keer
In [G] onze mooie [D] Spaarnestad
Die [D7] jou als burger[G]vader had ?
|
17.
Diemen
muziek en tekst: Paul Marselje, 1975
BUMA/STEMRA
Geschreven
in opdracht van de Gemeente Diemen voor de viering van het 751_jarig
bestaan van Diemens stadsrechten. Het 750_jarig bestaan had men over het
hoofd gezien, tot een gemeenteambtenaar eind 1974 plotseling de betreffende
akte van de Graven van Holland op de zolder van het stadhuis terugvond.
Hoe
Diemen zijn grote buur Amsterdam in de schaduw zette.
|
G – capo 3e positie (Ais) - vrij + 3/4
1. Diemen [G] doet de deur dicht door de
domste [Em] dingen
Over één ervan wil ik u nu gaan [C] zingen
Over [G]
steden, stadjes, stadions en [C]
ambtenaren[Am]vlijt
En [C]
Amsterdam, die [A7] grote stad
raak[D]te
z'n glorie [D7] kwijt
Achter [G] Ajax lag een
dorp zonder pre[Em]tenties
Tegenover Amsterdam geen vier [C]
dimensies
Dorpje [G] onder rook van
grote broer
stil[C]zwijgend verder[Am]gaan
En [C] buigen voor des [A7] Mokums
over[D]dreven grootheids[D7]waan
refrein: [G] Diemen!
De dag dat je trots door je [Em] straten
kon [C]
lopen als burgers met [D]
zelfrespect
was al [C] gisteren; gisteren [G]
boog je nog
Van[C]daag
moet het [D] hek van de [G] Dam!
2. Zeven[G]honderd jaren Amsterdam leek [Em] prachtig
O, wat was die oude Amstelstad toch [C] machtig
Zeven[G]honderd
jaar is veel als je er [C] goed
bij stil gaat staan
En [C] hoe moet je als [A7] Diemenaar
dan [D] trots de straat op [D7] gaan?
Laat de [G] burgerij maar
zwetsen over [Em] falen
Toen een ambtenaar toevallig wat moest [C] halen
Op de [G] zolder ten
stadhuize een [C] oude akte [Am] vond
Waar[C]in de leeftijd [A7] van het oude [D] Diemen eind’lijk
[D7] stond
+refrein 2x
|
18. Dag
Haarlem
tekst: Lennaert Nijgh
/ muziek: Coby Schreijer
Dit
is het enige liedje op deze CD waaraan ik niet heb geschreven. Ik sluit er
in Haarlem mijn optredens altijd mee af. Het is een slaapliedje, met één
van de eerste teksten van Lennaert Nijgh, op muziek gezet door Coby
Schreijer. Zij was in de zestiger jaren van de vorige eeuw gastvrouw in de
fameuze Waagtaveerne aan het Spaarne, waar zo veel muziekgeschiedenis
geschreven werd.
|
Am-vingerzetting – capo 5e positie (Dm)
– 4/4
refrein: [Am] Dag Haarlem, tot [E]
morgen,
slaap maar [G] lekker
Lourens [E] Coster houdt de [Am]
wacht
Droom van [G]
tulpen en [C] narcissen
Droom van [G]
waterriet en [C] lissen
[E] Dag m’n
bloemen[Am]stad,
ik [Dm] wens je goedenacht
Slaap maar [G] lekker,
Lourens [E] Coster houdt de [Am]
wacht
1. Nu de [Am] straten zijn verlaten
en Haarlem slaapt daar[E]buiten
hoor je zacht de nachtwind [Am] fluiten
liedjes [E] van het wijde [Am]
land
De lantaren aan het Spaarne
staat samen met de [E]
sterren
stil te staren naar de [Am] verre
lichtjes [E] aan de over[Am]kant
Dan ver[Dm]geet je weer een [G] beetje
de [C] zorgen
van het [Am] heden
Waant je [Dm] t'rug in het ver[G]leden
in de [F] tijd van Hilde[E]brand + refrein
2. De Damiaatjes houden praatjes
daarboven in de [E] toren
Als je luistert kun je [Am] horen
Ze ver[E]tellen elkaar [Am]
wat
De schandaaltjes en verhaaltjes
de zorgen en de [E]
wensen
die ze weten van de [Am]
mensen
daar be[E]neden
in de [Am] stad
En ze [Dm] luist'ren naar het [G] fluist'ren
van [C] mensen
die be[Am]neden
doen wat [Dm] alle mensen [G]
deden
sedert [F] Adam Eva [E] had
refrein: [Am] Dag Haarlem, tot [E]
morgen,
slaap maar [G] lekker
Lourens [E] Coster houdt de [Am]
wacht
Droom van [G]
tulpen en [C] narcissen
Droom van [G]
waterriet en [C] lissen
[E] Dag m’n
bloemen[Am]stad,
ik [Dm] wens je goedenacht
Slaap maar [G] lekker,
Lourens [E] Coster houdt de [Am]
wacht
|
19. Spoor 3a
muziek en tekst: A. Paul Marselje, Haarlem-Indischestraat,
augustus 1969
BUMA/STEMRA, 23-2-71
Intersong-Basart Publishing Group B.V., 25-4-1972
Geschreven
nadat met collega André Koers een weddenschap was aangegaan. Paul en André
stonden samen op Spoor 3a en keken naar het meisje. André zei dat het niet
mogelijk was over dit meisje, waarmee nooit was gesproken, een heel liedje
te schrijven. Paul dacht van wel. Paul won de weddenschap en kort daarna
ook de 'Tour de Troubadour, een Haarlemse talentenjacht in de Haarlemse
Vishal, met dit liedje.
Gerrit den
Braber vond het liedje niet goed genoeg voor een LP, samen met
'Fictie-vrouwtje. Hij wilde er twee andere nummers op hebben. besloten werd
dat ieder één liedje zou uitkiezen uit de vier overgebleven nummers. Paul
koos 'Spoor 3a'. Achteraf was de commerciële afdeling van Phonogram het daar roerend mee eens, waarna de LP zelfs
'Spoor 3a' ging heten.
|
C-vingerzetting
– capo 4e positie (E) - 4/4
1. [C]
Ik zag je op een [C7] morgen
op het [F] Haarlemse stat[C]ion
als een oase in de [G]sfeer
die [G7]hangt op zo’n per[C]ron
Jij was je niets be[C7]wust
Je [F] keek niet eens naar [C] mij
De sneltrein naar Pa[G]rijs
reed [G7] denderend voor[C]bij
refrein: Je [C7]blonde haar leek [F]
schaduwzwart
tegen het [Dm]licht van de morgen[C]zon
't Was daar bij spoor 3[G]a
dat de [G7]dag pas goed be[C]gon
[C] [F] [Dm] [C]
2. Er stonden heel wat [C7]mensen
maar [F] jij stond daar al[C]leen
Je leek m'n mooiste [G] droom
maar [G7] jij keek langs me [C] heen
Ik stond daar dicht bij [C7]jou
dat [F]maakte me toen [C] blij
De sneltrein naar Pa[G]rijs
reed [G7] denderend voor[C]bij
3. Je stapte in de[C7]zelfde trein
kwam [F] zelfs in m'n cou[C]pé
Ik voelde me ge[G]lukkig
al [G7] zei je blik ook [C] 'nee'
Al was er niets te [C7]zien
je [F] keek ver in de [C] lucht
Zo ging je onge[G]merkt
steeds [G7] voor me op de [C] vlucht
refrein: Je [C7]blonde haar leek [F]
schaduwzwart
tegen het [Dm]licht van de morgen[C]zon
't Was daar bij spoor 3[G]a
dat de [G7]dag pas goed be[C]gon
[C] [F] [Dm] [C]
4. Er stond een and're [C7]man
op het [F] Amsterdams Cen[C]traal
Je zag alleen maar [G]hem
M'n [G7] morgen werd toen [C] kaal
refrein: Je [C7]blonde haar leek [F] schaduwzwart
tegen het [Dm]licht van de morgen[C]zon
't Was daar bij spoor 3[G]a
dat de [G7]dag pas goed be[C]gon
[C] [F]
[Dm] [C]
|
|